Deze geïllustreerde geschiedenis van de kruistochten begint met de oproep van paus Urbanus II in 1095 aan de gelovigen om de heilige stad Jerusalem te redden uit handen van de ongelovigen. Wie meeging kon rekenen op vergeving van zijn zonden en een plaats in de hemel. Tussen 1100 en 1300 vonden o.a. vier grote kruistochten plaats waaraan werd deelgenomen door tienduizenden mensen, tot de Europeanen in 1291 definitief uit het Heilige Land werden verdreven. Voor de christelijke leiders werden de kruistochten steeds meer een dekmantel voor machtsmisbruik en veroveringsdrift. Het is een levendig, geestig en vooral helder verslag van een woelige periode, dat begrijpelijk is voor ieder met belangstelling voor de middeleeuwen. De vele prachtige illustraties in kleur ondersteunen deze geschiedenis goed.